donderdag 18 augustus 2011

Déviation N1 Lomé - Cotonou




Na een uitstekende vlucht met Brussels Airlines (Brussel – Lomé) zijn we met de complete bagage zonder problemen door de douane geraakt. Vier valiezen van 23 kg, twee stuks handbagage van 10 kg, een laptop, en een videocameratas : het vergt heel denkwerk om dat allemaal met slechts 2 personen te verplaatsen en in de gaten te houden.
Op de luchthaven werden we verwelkomd door Enyonam (Pauline’s nichtje), haar anderhalf jaar oud kindje Ruth (hier uitgesproken als ‘route’), Kossi (onze nieuwe chauffeur), Lazare (die als student bij Pauline inwoonde toen zij nog coiffeuse was in Lomé) en zijn vrouw, ook een Pauline. Net zoals de vorige keer stonden er in de luchthaven een massa jongens klaar om de bagage te helpen dragen, in de hoop zo iets te verdienen. We waren zelf met genoeg om alles te dragen, maar je moet toch een beetje ‘vechten’ tegen al die helpende handen.

Pauline en Ruth
Deze keer was het nog niet donker toen we naar Kpogan vertrokken. Er zijn enorm veel wegenwerken aan de gang in Lomé. Wat voor de toekomst zeer goed zal zijn, maar op dit moment heel lastig is. De kustweg in Lomé (de Boulevard de la Marina) is al voor een groot deel gedaan, tot aan de haven van Lomé. Tot daar ligt de weg er perfect bij. Vorige keer deed de rotonde aan de haven mij denken aan een vers omstreden slagveld, maar dat is nu dik in orde. Vanaf daar begint het plots heel snel bergaf te gaan. De volgende 2 km vertoont nog steeds diepe putten, wellicht zijn het er een pak meer. Maar dan plots een wegversperring : Déviation ! Iedereen moet linksaf het binnenland in voor een rit van ongeveer 10 km. Net voor ’ons’ dorp, Kpogan, kom je opnieuw op de kustweg. Deze weg is een zeer belangrijkte economische ader voor West-Afrika : de internationale route leidt van Accra (Ghana), via Lomé (Togo), Cotonou (Benin) tot in Lagos (Nigeria). Met de enorme vrachtwagens, soms geladen tot bijna tweemaal de normale, reeds vrij indrukwekkende hoogte. Hier noemt men ze ‘les Titans’. Die moeten nu allemaal langs de zanderige aardewegen dieper het binnenland in. De internationale weg is de enige weg in oost-westelijke richting die min of meer geasfalteerd was, en die nu compleet vernieuwd wordt. Dinsdagavond, toen we terugkeerden van het bezoek aan Pauline’s ouders, hebben we er anderhalf uur over gedaan om de 18 km te overbruggen. Toen we linksaf de wegomleiding ingingen, reden er 4 Titans voor ons uit. De aardeweg is soms slechts een 4 à 5 meter breed, met aan de rand zand, waar je onmiddellijk in vastrijdt. De kraampjes die normaal langs de hoofdweg te vinden zijn, zie je nu langs de wegomleiding, in een vreselijke stofwolk. Na enkele kilometer kreeg Kossi het op zijn heupen, en zijn we (en wij niet alleen) die Titans voorbijgestoken, met tegenliggers voor ons, en Zemidjans (taxi-motos) overal tussen door. Soms lijkt het wel een motorcross, maar dan zonder afgebakende piste. Iedereen mag in om het even welke richting zijn weg zoeken, en ‘s avonds doen ze dat soms met licht maar ook zonder licht. Ondertussen steken mensen nog de weg over alsof er nergens een voertuig te bespeuren valt. Her en der staan Titans in panne, of vastgereden in het zand.
Om de spanning nog wat op te bouwen, zoals in iedere goede film, liet de motor van onze geleende Toyota het dan nog min of meer afweten : zodra het toerental laag ging (omdat we even moesten inhouden), had hij precies geen zin meer om verder te rijden. En bij de minste aarzeling in de verkeersstroom krijg je een concert van claxons over je heen. Dus : onmiddellijk proberen te herstarten en met een loeiende motor terug verder.
Gisteren (woensdag 17 augustus) zijn we daarom met de wagen naar een mecanicien in Lomé gegaan, om de wagen te laten nazien. Enkele bougies, filters en nog wat onderdelen (die we zelf zijn gaan halen) later, met andere woorden : op het einde van de dag, konden we terug naar huis, waar Pauline en Enyonam een heerlijke visschotel met rood piment, gember, look en verse tomaten hadden klaargemaakt. Smaken die je bij ons nooit zó vers aantreft.


Onze Afrikaanse keuken

Ruth 'Route' helpt afwassen
Ik ben vergeten te vertellen (er gebeurt hier ook zóveel) dat de mecanicien tijdens de proefrit zonder benzine gevallen is (de benzinemeter is dus niet te vertrouwen). Ik heb hier al lang geleden geleerd mij daar allemaal niet meer druk in te maken. Tijdens het wachten heb ik vlak voor mijn neus, op 50 cm van mijn zitbankje nauwkeurig kunnen volgen hoe je een Toyota Jeep moet afplakken om een herstelde deur te herspuiten. Ik was gelukkig weg toen het spuiten begon.
Dinsdag zijn we op het strand, hier in Kpogan, gaan kijken naar de vissers. Indrukwekkend hoe die mannen het gevecht met de zware golven aangaan.


Soms met twee in een zeer zware, zeewaardige pirogue (prauw) vechten tegen een zeer wilde golfslag. Nu weet ik hoe die Togolees in de laatste Olymische Spelen aan die bronzen medaille geraakt is, met de kano in wildwater. Ze worden hier goed getraind, door het dagelijks werk. Ik heb geholpen om een prauw op het strand te trekken, en heb moeten vaststellen dat mijn conditie toch niet zo super is. Gelkkig waren we met veel.
We hebben op het strand een langoest (een soort kreeftachtige) gekocht, en ‘s anderendaags kon ik zelf voor kreeft spelen, wegens vergeten insmeren : het was nochtans een beetje bewolkt. Dus veilig, dacht ik.


Nog een laatste nieuwtje voor vandaag : toen we in Lomé de stukken voor de wagen zijn gaan halen, hebben we eerst een taxi genomen. Van rammelbakken gesproken … amai. Ik zette mijn pet af en voelde meteen een metalen pin hard tegen mijn hoofd. Ik voelde gelukkig geen bloed, maar was toch even erg ongerust. Er was precies iemand met een blikopener aan het werk geweest achteraan in de wagen. Bij de terugrit hebben we een Zemidjan genomen. Dat is de alomtegenwoordige taxi-moto, meestal een lichte 125 cc motorfiets van Chinese makelij. Voor mij was dit de allereerste keer. Ik was er niet erg gerust in. Maar het was nog namiddag, en relatief rustig. Eigenlijk was het best aangenaam. Je zit in de open lucht, en Kossi had de taxi-motoman opgedragen rustig te rijden. Ik had er bij Kossi op aangedrongen dat hij dicht bij mij moest blijven op een andere taxi-moto. De Zemidjan is zeker voor herhaling vatbaar.
In Kpogan zelf is er ook veel veranderd sedert 4 jaar. Er is veel bijgebouwd, en er is een Cybercafé dicht bij onze deur. Die ga ik nu opzoeken, met Justin, de zoon van de buren.

3 opmerkingen:

ingrid zei

Hallo Zanmarie

Blij te horen da jullie goed gearriveerd zijn. Nu begrijp ik vanwaar jouw geduld komt, misschien zouden we beter wat meer mensen naar ginder sturen. Kan mij die Titans al voorstellen.
Mannen moet je toch blijven zeggen he van niet vergeten insmeren , , Pauline zal het niet juist gezegd hebben (remember 6 bakken Duvel). Hier minder goed nieuws : door kort maar hevig onweer zijn op Pukkelpop voorlopig 5 doden en 8 zwaargewonden geteld.(tent ingestort, omgewaaide boom). Groetjes aan Pauline


Ingrid

Hendrik Demol zei

ik herken het allemaal.... :=)
Bestaat Lomé Rivage nog?
Breng je wat Lomé-blues mee voor op Hoorndol?

mar-10 zei

Leuk om je spannende avonturen te kunnen volgen...
Zonnige groetjes uit kanegem
Mar-10

PS : als Ruth hier zou wonen, zou Tine met plezier helpen afwassen, denk ik !